Een twaalftal leerlingen aan een enorm grote school hebben strafstudie gekregen: op een zaterdag nog wel. Ze kennen mekaar amper of niet. Iedereen zit dan ook bij aanvang maar wat op z'n eentje aan te modderen. De gehate studiemeester "de Pasoep" daagt op en er verandert iets in de groep. Langzaam groeit er een soort groepsgeest tegen de Pasoep. Het komt zelfs tot een punt waarop ieder zichzelf blootgeeft en bekent waarmee hij of zij worstelt. Wanneer ze hun strafopstel: "als ik in de spiegel kijk, dan zie ik..." moeten afgeven, besluiten ze om één tekst af te geven, in naam van de ganse groep. Wanneer ze die zaterdag naar huis gaan, knaagt een soort "heimwee" naar mekaar. Is dit iets als "vriendschap"?